Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet grensoverschrijdende betaaldiensten

 

Artikel 1
Voor de toepassing van het bij of krachtens deze wet bepaalde wordt verstaan onder:
a
lid-staat: een Staat die lid is van de Europese Unie alsmede een Staat, niet zijnde een lid-staat van de Europese Unie, die partij is bij de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte;
b
grensoverschrijdende overmaking: een transactie waarbij ingevolge de opdracht van een cliënt een betalingsverkeerinstelling of een buitenlandse instelling een geldbedrag luidende in een valuta van de lid-staten of in euro's en met een waarde van maximaal € 50 000, op een rekening bij een onderneming of instelling in een andere lid-staat ten behoeve van een begunstigde ter beschikking stelt;
c
betalingsverkeerinstelling: een onderneming of instelling die in Nederland gevestigd is en die in het kader van haar werkzaamheden grensoverschrijdende overmakingen uitvoert;
d
bemiddelende instelling: een onderneming of instelling die in Nederland is gevestigd, niet zijnde de betalingsverkeerinstelling van een opdrachtgever of van een begunstigde, die bij de uitvoering van een grensoverschrijdende overmaking betrokken is;
e
buitenlandse instelling: een onderneming of instelling die gevestigd is in een lid-staat, niet zijnde Nederland, en die in het kader van haar werkzaamheden grensoverschrijdende overmakingen uitvoert;
f
buitenlandse bemiddelende instelling: een onderneming of instelling, niet zijnde de buitenlandse instelling van een opdrachtgever of van een begunstigde, die gevestigd is in een lid-staat, niet zijnde Nederland, die bij de uitvoering van een grensoverschrijdende overmaking betrokken is;
g
opdrachtgever: een natuurlijke persoon of rechtspersoon, niet zijnde een betalingsverkeerinstelling, een bemiddelende instelling, buitenlandse instelling of een buitenlandse bemiddelende instelling, die opdracht geeft tot het uitvoeren van een grensoverschrijdende overmaking;
h
begunstigde: een natuurlijke persoon of rechtspersoon, aan wie het met de overmaking overeenkomende geldbedrag ter beschikking wordt gesteld op een rekening waarover hij kan beschikken;
i
datum van aanvaarding: datum van vervulling van alle voorwaarden die door een betalingsverkeerinstelling zijn gesteld voor de uitvoering van een opdracht tot een grensoverschrijdende overmaking;
j
werkdag: een dag waarop een betalingsverkeerinstelling, een bemiddelende instelling, buitenlandse instelling of een buitenlandse bemiddelende instelling die geacht wordt werkzaamheden te verrichten ten behoeve van de uitvoering van een grensoverschrijdende overmaking bedrijfsmatig open is voor het publiek;
k
de verordening: Verordening (EG) nr. 2560/2001 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 19 december 2001 betreffende grensoverschrijdende betalingen in euro (PbEG L 344).


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •